Hout: verschil tussen versies
k |
|||
Regel 1: | Regel 1: | ||
[[Bestand:Diakonievene. Natuurgebied van It Fryske Gea. Stuifwal met bomen om pingoruïne 02.jpg|miniatuur|Bovenstaande foto: Bos]] |
[[Bestand:Diakonievene. Natuurgebied van It Fryske Gea. Stuifwal met bomen om pingoruïne 02.jpg|miniatuur|Bovenstaande foto: Bos]] |
||
− | '''Hout''' is materiaal dat van een [[boom]] komt. Het wordt voor heel veel dingen gebruikt. Eeuwenlang is hout een onmisbaar bouwmateriaal geweest. Vaak stond er rond een akker een strook met struiken en bomen dat niet alleen als windvang diende, maar ook voor de productie van houten stelen voor gereedschappen en dergelijke. Zo'n strook werd |
+ | '''Hout''' is materiaal dat van een [[boom]] of grote struik komt. Het wordt voor heel veel dingen gebruikt. Eeuwenlang is hout een onmisbaar bouwmateriaal geweest. Vaak stond er rond een akker een strook met struiken en bomen dat niet alleen als windvang diende, maar ook voor de productie van houten stelen voor gereedschappen en dergelijke. Zo'n strook werd geriefhout ('gemakshout') genoemd. |
− | == |
+ | == Wat is hout eigenlijk? == |
− | '''Hout''' is het voornaamste bestanddeel van houtige planten: (vooral) bomen en struiken. Biologisch gezien is hout het door het cambium geproduceerd secundaire xyleem van zaadplanten, maar dat terzijde. Volgens deze definitie zijn de houtige weefsels van bijvoorbeeld [[Palmenfamilie|palmen]] geen hout |
+ | '''Hout''' is het voornaamste bestanddeel van houtige planten: (vooral) bomen en struiken. Biologisch gezien is hout het door het cambium (het dunne groeilaagje tussen de schors en het hout) geproduceerd secundaire xyleem van zaadplanten, maar dat terzijde. Volgens deze definitie zijn de houtige weefsels van bijvoorbeeld [[Palmenfamilie|palmen]] eigenlijk geen hout. Een kenmerk is verder de afzetting van lignine (houtstof) in de celwanden waaruit planten zijn opgebouwd. Deze lignine zorgt ervoor dat de eerst nog buigzame cellen verharden. Dat verharden wordt dan ook verhouten genoemd. In een andere omschrijving wordt hout daarom gezien als ver-hout plantenweefsel. |
− | De takken, stammen en wortels van houtige (niet-kruidachtige) planten bestaan voor een belangrijk deel uit hout. Hout vormt het binnenste en grootste deel van de stam. Houtige gewassen zijn bomen, struiken, cactussen of lianen (zoals druiven). |
+ | De takken, stammen en wortels van houtige (niet-kruidachtige) planten bestaan voor een belangrijk deel uit hout. Hout vormt het binnenste en grootste deel van de stam. Houtige gewassen zijn bomen, struiken, cactussen of lianen (zoals druiven). Levend hout is vaak nog iets buigzaam, ook door het vocht dat erin zit, zodat de boom overeind blijft en meebeweegt in de wind. Bij een flinke storm kan het echter breken. |
− | + | De houtcellen zitten als een soort honingraat naast elkaar en vormen samen een stevig geheel, zeker ook door de lignine, dat als een soort van lijm de cellen verstevigd en ze bij elkaar houdt. Zomers groeit een boom sneller dan 's winters. Dat kun je later zien als je een boom om zaagt. Je herkent dit dan aan de jaarringen en de nerven (lijntjes) in een plank. Eigenlijk zijn dit hele dunne buisjes waar de sapstroom van de boom door gaat. Deze zijn afwisselend licht (zomer) en donker (winter) van kleur. Ook kun je in het midden van zo'n boomschijf zien hoe het ooit als een takje begon en later een dikke stam werd.<gallery> |
|
Bestand:Plant cell structure.jpg|Cel van een plant (schematische voorstelling) |
Bestand:Plant cell structure.jpg|Cel van een plant (schematische voorstelling) |
||
Bestand:Bryophyte Leaf Cells.jpg|Celstructuur van een blad |
Bestand:Bryophyte Leaf Cells.jpg|Celstructuur van een blad |
||
Regel 15: | Regel 15: | ||
== Houtsoorten == |
== Houtsoorten == |
||
− | Er zijn vele soorten hout, van het hele lichtgewicht soort balsahout (40-300 kg/m<sup>3</sup>) tot het hele zware en donker gekleurde azobé (940-1100 kg/m<sup>3</sup>). De ene soort hout heeft een hele fijne nerf, de ander weer juist een hele grove. Je hebt diverse kleuren, van bijna wit tot zwart en allerlei bruin en groen tinten. Al die verschillende eigenschappen bepalen of het hout moeilijk of makkelijk te verwerken is en of je het bijvoorbeeld gebruikt voor een meubel of juist om een huis of een boot ermee te maken. |
+ | Er zijn vele soorten hout, van het hele lichtgewicht soort balsahout (40-300 kg/m<sup>3</sup>) tot het hele zware en donker gekleurde azobé (940-1100 kg/m<sup>3</sup>). De ene soort hout heeft een hele fijne nerf, de ander weer juist een hele grove. De ene soort is zacht, de ander juist keihard. Ook de buigzaamheid is verschillend per soort. Je hebt diverse kleuren, van bijna wit tot zwart en allerlei bruin en groen tinten. Al die verschillende eigenschappen bepalen of het hout moeilijk of makkelijk te verwerken is en of je het bijvoorbeeld gebruikt voor een meubel of juist om een huis of een boot ermee te maken. In een [[windmolen]] worden wel 30 soorten hout gebruikt. |
+ | |||
+ | Meestal heeft (in het Nederlands) de houtsoort de naam van de boom waar het vanaf komt. Dus eikenhout komt van een eik. |
||
==Afbeeldingen van hout== |
==Afbeeldingen van hout== |
||
Regel 59: | Regel 61: | ||
|} |
|} |
||
{{Clearleft}} |
{{Clearleft}} |
||
+ | |||
+ | == Houtverwerking == |
||
+ | Hout kun je zagen, splijten of hakken, afraspen of vijlen, afschuren, boren, schroeven, bouten en spijkeren. Zoals gezegd bepalen de eigenschappen van de houtsoort of dat makkelijk of moeilijk gaat. |
||
+ | |||
+ | Bomen die net omgekapt zijn, worden vaak eerst een poos in het water gelegd en bewaard. Als het hout in balken en planken is gezaagd, worden deze eerst een poos te drogen gelegd. Hout wat droogt, krimpt namelijk en het kan scheuren in het hout geven. Dat wil de timmerman of meubelmaker natuurlijk niet. |
||
== Zie ook == |
== Zie ook == |
Versie van 23 mei 2024 21:30
Hout is materiaal dat van een boom of grote struik komt. Het wordt voor heel veel dingen gebruikt. Eeuwenlang is hout een onmisbaar bouwmateriaal geweest. Vaak stond er rond een akker een strook met struiken en bomen dat niet alleen als windvang diende, maar ook voor de productie van houten stelen voor gereedschappen en dergelijke. Zo'n strook werd geriefhout ('gemakshout') genoemd.
Wat is hout eigenlijk?
Hout is het voornaamste bestanddeel van houtige planten: (vooral) bomen en struiken. Biologisch gezien is hout het door het cambium (het dunne groeilaagje tussen de schors en het hout) geproduceerd secundaire xyleem van zaadplanten, maar dat terzijde. Volgens deze definitie zijn de houtige weefsels van bijvoorbeeld palmen eigenlijk geen hout. Een kenmerk is verder de afzetting van lignine (houtstof) in de celwanden waaruit planten zijn opgebouwd. Deze lignine zorgt ervoor dat de eerst nog buigzame cellen verharden. Dat verharden wordt dan ook verhouten genoemd. In een andere omschrijving wordt hout daarom gezien als ver-hout plantenweefsel.
De takken, stammen en wortels van houtige (niet-kruidachtige) planten bestaan voor een belangrijk deel uit hout. Hout vormt het binnenste en grootste deel van de stam. Houtige gewassen zijn bomen, struiken, cactussen of lianen (zoals druiven). Levend hout is vaak nog iets buigzaam, ook door het vocht dat erin zit, zodat de boom overeind blijft en meebeweegt in de wind. Bij een flinke storm kan het echter breken.
De houtcellen zitten als een soort honingraat naast elkaar en vormen samen een stevig geheel, zeker ook door de lignine, dat als een soort van lijm de cellen verstevigd en ze bij elkaar houdt. Zomers groeit een boom sneller dan 's winters. Dat kun je later zien als je een boom om zaagt. Je herkent dit dan aan de jaarringen en de nerven (lijntjes) in een plank. Eigenlijk zijn dit hele dunne buisjes waar de sapstroom van de boom door gaat. Deze zijn afwisselend licht (zomer) en donker (winter) van kleur. Ook kun je in het midden van zo'n boomschijf zien hoe het ooit als een takje begon en later een dikke stam werd.
Houtsoorten
Er zijn vele soorten hout, van het hele lichtgewicht soort balsahout (40-300 kg/m3) tot het hele zware en donker gekleurde azobé (940-1100 kg/m3). De ene soort hout heeft een hele fijne nerf, de ander weer juist een hele grove. De ene soort is zacht, de ander juist keihard. Ook de buigzaamheid is verschillend per soort. Je hebt diverse kleuren, van bijna wit tot zwart en allerlei bruin en groen tinten. Al die verschillende eigenschappen bepalen of het hout moeilijk of makkelijk te verwerken is en of je het bijvoorbeeld gebruikt voor een meubel of juist om een huis of een boot ermee te maken. In een windmolen worden wel 30 soorten hout gebruikt.
Meestal heeft (in het Nederlands) de houtsoort de naam van de boom waar het vanaf komt. Dus eikenhout komt van een eik.
Afbeeldingen van hout
Houtverwerking
Hout kun je zagen, splijten of hakken, afraspen of vijlen, afschuren, boren, schroeven, bouten en spijkeren. Zoals gezegd bepalen de eigenschappen van de houtsoort of dat makkelijk of moeilijk gaat.
Bomen die net omgekapt zijn, worden vaak eerst een poos in het water gelegd en bewaard. Als het hout in balken en planken is gezaagd, worden deze eerst een poos te drogen gelegd. Hout wat droogt, krimpt namelijk en het kan scheuren in het hout geven. Dat wil de timmerman of meubelmaker natuurlijk niet.
Zie ook
Weetjes
Weetje 1: Sommige houtsoorten kunnen ook paars of bruin roodachtige kleur worden, maar die houtsoort zijn heel duur een die komen nooit voor in Nederland maar bij de Tropen.
Weetje 2: Er word veel hout gebruikt. Zelfs in games! Bijna in alle survival (Overleven) games. Bijvoorbeeld Minecraft.