Schaken: verschil tussen versies
| Regel 9: | Regel 9: | ||
paard: 3ptn |
paard: 3ptn |
||
toren: 5ptn |
toren: 5ptn |
||
| − | + | dame: 9ptn |
|
koning: koning kan niet geslagen worden (o pt) |
koning: koning kan niet geslagen worden (o pt) |
||
| Regel 19: | Regel 19: | ||
2 paarden |
2 paarden |
||
2 torens |
2 torens |
||
| − | 1 |
+ | 1 dame |
1 koning |
1 koning |
||
| Regel 36: | Regel 36: | ||
de koning mag over al naar toe maar met een stap |
de koning mag over al naar toe maar met een stap |
||
| − | als de |
+ | als de koning schaak staat dus hij wordt aangevallen dan moet de koning naar een veilig veld of je zet er een stuk tussen of je slaat het stuk dat aanvalt. |
| − | als jou koning nergens naar toe kan en hij |
+ | als jou koning nergens naar toe kan en hij je kan schaak niet opheffen dan wint de ander |
als je niet schaak staat en je kan met niets zetten ook niet met de koning is het pad gelijkspel ook als de tegen partij aan jou vraagt als je dan ja zecht is het ook gelijkspel |
als je niet schaak staat en je kan met niets zetten ook niet met de koning is het pad gelijkspel ook als de tegen partij aan jou vraagt als je dan ja zecht is het ook gelijkspel |
||
Versie van 23 mei 2008 20:54
schaken
punten:
pion: 1pt loper: 3ptn paard: 3ptn toren: 5ptn dame: 9ptn koning: koning kan niet geslagen worden (o pt)
een schaakbord ziet er uit als een 8 bij 8 bord.een schaakbord: je hebt 8 pionnen 2 lopers 2 paarden 2 torens 1 dame 1 koning
TOTAAL:16 stukken(op jou kant)
de kleuren:
de kleuren van het bord zijn zwart en wit soms bruin en beige. de stukken hebben dezelfde kleur als het bord.
de pionnen mogen 1 stap (als op het begin staan 2 stappen)ze mogen alleen schuin slaan de lopers mogen zoveel stappen als ze maar willen maar alleen schuin. de paarden mogen 2 stappen vooruit en een op zij ook anders om de toren mag zo ver als je wilt aleen op de zelfde lijn de damen mag het zelfde als de loper en de toren de koning mag over al naar toe maar met een stap
als de koning schaak staat dus hij wordt aangevallen dan moet de koning naar een veilig veld of je zet er een stuk tussen of je slaat het stuk dat aanvalt. als jou koning nergens naar toe kan en hij je kan schaak niet opheffen dan wint de ander als je niet schaak staat en je kan met niets zetten ook niet met de koning is het pad gelijkspel ook als de tegen partij aan jou vraagt als je dan ja zecht is het ook gelijkspel
roceren
als je wilt roceren dan moet je niet je koning en een toren niet verzetten als de lijn tussen de toren en de koning vrij is kan je roceren dat gaat zo de koning springt over een vak en de toren spring over de koning
zo staat het in het begin