Communicatie: verschil tussen versies
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | {{werk}} |
||
− | Met '''communicatie''' wordt uitwisseling van woorden enz. bedoeld. |
||
+ | |||
+ | '''Communicatie''' is het uitwisselen van boodschappen naar elkaar. Om te kunnen communiceren heb je een zender nodig, een boodschap, een middel en een ontvanger. De zender is degene die een boodschap wil overdragen. De zender gebruikt hiervoor middelen om dit te doen. De ontvanger is degene die de boodschap krijgt. |
||
+ | |||
+ | ==Zender== |
||
+ | De zender is iemand die de boodschap wil overdragen. Er zijn verschillende soorten zenders. Als jij iets wilt vertellen aan iemand anders dan ben jij de zender. Maar een krant, radio-uitzending of televisieprogramma kan ook een zender zijn van informatie. |
||
+ | |||
+ | ==De boodschap== |
||
+ | De boodschap is het verhaal dat je aan de ander wilt vertellen. Er zijn verschillende soorten boodschappen: informatief, overtuigend, ontspannend, instructief. |
||
+ | |||
+ | ==Middelen om te communiceren== |
||
+ | Er zijn verschillende middelen om te communiceren: je stem, je lichaam, teksten, foto's, video's, geuren, kleuren en tekens. |
||
+ | |||
+ | ==De ontvanger== |
||
+ | Als je communiceert dan kun je naar één ander communiceren. Maar je kunt ook naar veel mensen in één keer communiceren. Als je in één keer naar een hele grote groep communiceert dan noem je dat massa-communicatie. |
||
+ | |||
==Verschillende vormen== |
==Verschillende vormen== |
||
+ | Je kunt op verschillende manieren communiceren met elkaar |
||
+ | |||
+ | |||
Dat (communiceren) kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld via taal (verbaal) of op andere manieren (non-verbaal, bijvoorbeeld met vlaggen zwaaien). Voorwaarde is dat er contact tussen twee of meer personen is: 1 zender & 1 of meerdere ontvangers. De zender stuurt via een kanaal (taal, telefoonlijn, woord of brief) een boodschap in een bepaalde code, bijv. in het Nederlands, naar de ontvanger. Totaal communiceren wil dus zeggen dat je een boodschap in een vorm overbrengt. Voorbeelden van communicatievormen zijn: Lichamelijk contact, oogcontact, melodie, foto’s, pictogrammen, tekeningen, spraak en [[Gebarentaal|gebaren]]. |
Dat (communiceren) kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld via taal (verbaal) of op andere manieren (non-verbaal, bijvoorbeeld met vlaggen zwaaien). Voorwaarde is dat er contact tussen twee of meer personen is: 1 zender & 1 of meerdere ontvangers. De zender stuurt via een kanaal (taal, telefoonlijn, woord of brief) een boodschap in een bepaalde code, bijv. in het Nederlands, naar de ontvanger. Totaal communiceren wil dus zeggen dat je een boodschap in een vorm overbrengt. Voorbeelden van communicatievormen zijn: Lichamelijk contact, oogcontact, melodie, foto’s, pictogrammen, tekeningen, spraak en [[Gebarentaal|gebaren]]. |
||
Versie van 29 apr 2012 17:40
Werk in uitvoering! Aan dit artikel wordt de komende uren of dagen nog gewerkt. Belangrijk: Laat dit sjabloon niet langer staan dan nodig is, anders ontmoedig je anderen om het artikel te verbeteren. De maximale houdbaarheid van dit sjabloon is twee weken na de laatste bewerking aan het artikel. Kijk in de geschiedenis of je het artikel kunt bewerken zonder een bewerkingsconflict te veroorzaken. |
Dit artikel is nog niet af. |
Communicatie is het uitwisselen van boodschappen naar elkaar. Om te kunnen communiceren heb je een zender nodig, een boodschap, een middel en een ontvanger. De zender is degene die een boodschap wil overdragen. De zender gebruikt hiervoor middelen om dit te doen. De ontvanger is degene die de boodschap krijgt.
Zender
De zender is iemand die de boodschap wil overdragen. Er zijn verschillende soorten zenders. Als jij iets wilt vertellen aan iemand anders dan ben jij de zender. Maar een krant, radio-uitzending of televisieprogramma kan ook een zender zijn van informatie.
De boodschap
De boodschap is het verhaal dat je aan de ander wilt vertellen. Er zijn verschillende soorten boodschappen: informatief, overtuigend, ontspannend, instructief.
Middelen om te communiceren
Er zijn verschillende middelen om te communiceren: je stem, je lichaam, teksten, foto's, video's, geuren, kleuren en tekens.
De ontvanger
Als je communiceert dan kun je naar één ander communiceren. Maar je kunt ook naar veel mensen in één keer communiceren. Als je in één keer naar een hele grote groep communiceert dan noem je dat massa-communicatie.
Verschillende vormen
Je kunt op verschillende manieren communiceren met elkaar
Dat (communiceren) kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld via taal (verbaal) of op andere manieren (non-verbaal, bijvoorbeeld met vlaggen zwaaien). Voorwaarde is dat er contact tussen twee of meer personen is: 1 zender & 1 of meerdere ontvangers. De zender stuurt via een kanaal (taal, telefoonlijn, woord of brief) een boodschap in een bepaalde code, bijv. in het Nederlands, naar de ontvanger. Totaal communiceren wil dus zeggen dat je een boodschap in een vorm overbrengt. Voorbeelden van communicatievormen zijn: Lichamelijk contact, oogcontact, melodie, foto’s, pictogrammen, tekeningen, spraak en gebaren.
Soorten communicatie
- Creatieve communicatie
- Telecommunicatie
- Non-verbale communicatie
- Correspondentie