Zonnepaneel: verschil tussen versies
(Tekst overgezet uit Zonne-energie) |
k (informatie erbij) |
||
| Regel 3: | Regel 3: | ||
Zonnepanelen (1) bestaan uit meerdere [[zonnecel]]len die met elkaar verbonden zijn. |
Zonnepanelen (1) bestaan uit meerdere [[zonnecel]]len die met elkaar verbonden zijn. |
||
Het kan gemaakt zijn van twee materialen, waarvan amorf silicium de goedkoopste is. Omdat de meeste zonnepanelen hoge energie omzetten, is er ook een omvormer (2) nodig. De omvormer zorgt ervoor dat de stroom uit de zonnepanelen omgezet wordt tot de juiste voltage (hoeveelheid energie). De stroom kan dan gebruikt worden voor eigen gebruik (4). Ook kan het hele systeem aan een elektriciteitsnet gekoppeld worden. Als er te veel energie wordt gewekt, kan de elektriciteitsnet de overgebleven energie terug leveren. |
Het kan gemaakt zijn van twee materialen, waarvan amorf silicium de goedkoopste is. Omdat de meeste zonnepanelen hoge energie omzetten, is er ook een omvormer (2) nodig. De omvormer zorgt ervoor dat de stroom uit de zonnepanelen omgezet wordt tot de juiste voltage (hoeveelheid energie). De stroom kan dan gebruikt worden voor eigen gebruik (4). Ook kan het hele systeem aan een elektriciteitsnet gekoppeld worden. Als er te veel energie wordt gewekt, kan de elektriciteitsnet de overgebleven energie terug leveren. |
||
| + | |||
| + | == Geschiedenis == |
||
| + | |||
| + | == Geschiedenis == |
||
| + | |||
| + | De Grieken en [[Romeinen]] maakten al gebruik van zonnekracht om hun huizen te verwarmen. Van de Romeinen is bekend dat ze van de eerste tot vierde [[eeuw]] na Chr. de zogenoemde [[heliocaminus]] gebruikten. Dit was een met [[glas]] omgeven ruimte die dienden als zonneovens om hun badhuizen te verwarmen. |
||
| + | |||
| + | De Zwitserse wetenschapper [[Horace-Bénédict de Saussure]] (1740-1799) wordt vaak genoemd als de eerste die in 1767 een soort zonnepaneel bouwde, waarmee hij via de opgewekte [[energie]] liefst temperaturen van 110 graden Celsius kon bereiken. Deze uitvinding noemde hij de 'zonneoven'. |
||
| + | |||
| + | In 1839 ontdekte [[Alexandre-Edmond Becquerel]] (1820-1891) het zogeheten [[fotovoltaïsche effect]]. [[Becquerel]] maakte een opstelling met twee elektroden die hij in een elektrolyt zette. Via [[zonlicht]] steeg de hoeveelheid geproduceerde elektriciteit. |
||
| + | |||
| + | Volgende belangrijke stappen waren de [[uitvinding]] van de siliconencel en in 1908 door William J. Baileys, het gebruik van zonnepanelen in de [[ruimtevaart]] (vanaf 1954). In 1981 ontwikkelde men het eerste vliegtuig op zonnepanelen - dat vloog van FRankrijk naar Engeland - , gevolgd door een auto in 1982.<ref>http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/182951-geschiedenis-en-uitvinding-van-zonnepanelen.html</ref> |
||
| + | |||
== Voor- en nadelen zonnepanelen == |
== Voor- en nadelen zonnepanelen == |
||
| Regel 15: | Regel 28: | ||
* het kost gemiddeld twee jaar om de productie van de zonnepanelen terugverdienen met de opbrengst; |
* het kost gemiddeld twee jaar om de productie van de zonnepanelen terugverdienen met de opbrengst; |
||
* het kost gemiddeld 7 jaar om het aankoop bedrag van ongeveer 8000 euro terug te verdienen met de opbrengst. |
* het kost gemiddeld 7 jaar om het aankoop bedrag van ongeveer 8000 euro terug te verdienen met de opbrengst. |
||
| + | |||
| + | == Link == |
||
| + | * [http://kunst-en-cultuur.infonu.nl/geschiedenis/182951-geschiedenis-en-uitvinding-van-zonnepanelen.html Geschiedenis van zonnepanelen] |
||
== Zie ook== |
== Zie ook== |
||
Versie van 26 jul 2017 10:13
Hoe werkt een zonnepaneel?
Zonnepanelen (1) bestaan uit meerdere zonnecellen die met elkaar verbonden zijn. Het kan gemaakt zijn van twee materialen, waarvan amorf silicium de goedkoopste is. Omdat de meeste zonnepanelen hoge energie omzetten, is er ook een omvormer (2) nodig. De omvormer zorgt ervoor dat de stroom uit de zonnepanelen omgezet wordt tot de juiste voltage (hoeveelheid energie). De stroom kan dan gebruikt worden voor eigen gebruik (4). Ook kan het hele systeem aan een elektriciteitsnet gekoppeld worden. Als er te veel energie wordt gewekt, kan de elektriciteitsnet de overgebleven energie terug leveren.
Geschiedenis
Geschiedenis
De Grieken en Romeinen maakten al gebruik van zonnekracht om hun huizen te verwarmen. Van de Romeinen is bekend dat ze van de eerste tot vierde eeuw na Chr. de zogenoemde heliocaminus gebruikten. Dit was een met glas omgeven ruimte die dienden als zonneovens om hun badhuizen te verwarmen.
De Zwitserse wetenschapper Horace-Bénédict de Saussure (1740-1799) wordt vaak genoemd als de eerste die in 1767 een soort zonnepaneel bouwde, waarmee hij via de opgewekte energie liefst temperaturen van 110 graden Celsius kon bereiken. Deze uitvinding noemde hij de 'zonneoven'.
In 1839 ontdekte Alexandre-Edmond Becquerel (1820-1891) het zogeheten fotovoltaïsche effect. Becquerel maakte een opstelling met twee elektroden die hij in een elektrolyt zette. Via zonlicht steeg de hoeveelheid geproduceerde elektriciteit.
Volgende belangrijke stappen waren de uitvinding van de siliconencel en in 1908 door William J. Baileys, het gebruik van zonnepanelen in de ruimtevaart (vanaf 1954). In 1981 ontwikkelde men het eerste vliegtuig op zonnepanelen - dat vloog van FRankrijk naar Engeland - , gevolgd door een auto in 1982.[1]
Voor- en nadelen zonnepanelen
Voordelen:
- ze zijn makkelijk ergens te plaatsten, bijv. op het dak van een huis;
- ze gaan dertig jaar lang mee;
- als je teveel energie hebt opgewekt, kan je het terug leveren;
- De opbrengst is ongeveer 125 euro per jaar.
Nadelen:
- een goede volledige installatie in een huis ligt rond de 8000 euro;
- het kost gemiddeld twee jaar om de productie van de zonnepanelen terugverdienen met de opbrengst;
- het kost gemiddeld 7 jaar om het aankoop bedrag van ongeveer 8000 euro terug te verdienen met de opbrengst.