Unie 55+
Unie 55+ | |
Oprichting | 24 september 1992 |
Opheffing | 1998 |
Actief in | Nederland |
Richting | Belangenpartij |
Stroming | Ouderenbelangen |
Opgegaan in | Ouderenunie |
Portaal Politiek |
Unie 55+ was een Nederlandse politieke partij die tussen 1992 en 1998 bestond. De partij kwam op voor de belangen van ouderen (mensen van 55 jaar en ouder). Belangrijke onderwerpen voor de partij waren de Algemene Ouderdomswet (AOW), gezondheidszorg en criminaliteit.
De partij was tussen 1994 en 1998 in de Tweede Kamer vertegenwoordigd met één zetel. Deze zetel werd ingenomen door partijleider Bertus Leerkus. In diezelfde periode was er ook een andere politieke partij die zich inzette voor ouderen: het Algemeen Ouderen Verbond (AOV). Unie 55+ en AOV vormden een gemeenschappelijke fractie in de Eerste Kamer en het Europees Parlement. De twee partijen hadden min of meer dezelfde standpunten, maar het AOV had meer zetels.
In 1998 gingen Unie 55+ en AOV op in de Ouderenunie. Beide partijen verloren hun zetels in de Tweede Kamer na verkiezingen eerder dat jaar. De twee ouderenpartijen kunnen gezien worden als de voorlopers van 50PLUS.
Geschiedenis
Ontstaan
Politieke Unie 55+ werd opgericht in 1992 door Dick Schakelaar en J.L. Velthuis. Zij vonden dat de grote partijen van dat moment ouderen verwaarloosden. Ook waren zij van mening dat ouderen veel in het algemeen hadden. In plaats van een bepaalde ideologie wilden zij opkomen voor alle ouderen. In 1989 hadden al twee ouderenpartijen geprobeerd om in de Tweede Kamer te komen: Bejaarden Centraal (BC) en Politieke Partij voor Ouderen (PPvO). Beide partijen haalden echter niet genoeg stemmen. Schakelaar en Velthuis besloten daarom samen te werken met de twee partijen. Hierdoor ontstond Unie 55+. Het woord "politieke" verdween toen uit de titel.
Bertus Leerkus werd partijleider van Unie 55+. Leerkus was eerder al lid van de PPvO.
Vertegenwoordiging in het parlement
Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen 1994 kreeg de partij één zetel. Deze werd door Leerkus ingenomen. Hij was op dat moment 72 jaar oud en daarmee het oudste Tweede Kamerlid. Overigens was Unie 55+ niet enige ouderenpartij. Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen 1994 wist een andere ouderenpartij door te breken. Het Algemeen Ouderen Verbond (AOV) kreeg toen zes zetels.
De twee partijen besloten samen te werken tijdens de Provinciale Statenverkiezingen 1995. De partijen hadden gezamenlijke lijsten en een lijstverbinding voor de Eerste Kamer. In de Eerste Kamer hadden de twee partijen één fractie bestaande uit twee leden. In 1996 splitste Europarlementslid Jim Janssen van Raaij zich af van het CDA en stapte over naar Unie 55+/AOV. Hierdoor waren de twee partijen samen vertegenwoordigd in het Europees Parlement tussen 1996 en 1999.
Unie 55+ was een stuk kleiner dan het AOV. Desondanks was de partij ook een stuk stabieler. Het AOV kreeg al vrij snel met interne ruzies te maken. In de Tweede Kamer splitsten verschillende leden zich af. Ook in de Eerste Kamer splitsten beide leden zich af. Unie 55+ en AOV verloren ook allebei hun zetels tijdens de Tweede Kamerverkiezingen 1998.
Fusie
In 1998 gingen AOV en Unie 55+ verder als de Ouderenunie. In 2001 ging de Ouderenunie weer samen met de Algemene Senioren Partij als de Verenigde Senioren Partij. Deze partij deed mee aan de Tweede Kamerverkiezingen 2002, maar behaalde geen zetels. Ook tijdens de verkiezingen van 2003 en 2006 behaalde partij geen zetels. De partij is wel in enkele gemeenteraden nog actief.
De twee ouderenpartijen kunnen gezien worden als de voorlopers van 50PLUS.
De partij
Electoraat
De kiezers die op Unie 55+ stemden waren voornamelijk ouderen. De gemiddelde leeftijd lag rond de 63 jaar. Hiermee had Unie 55+ het oudste electoraat tijdens haar bestaan. Een groot deel van de kiezers kwam van het CDA. Zij waren boos over de behandeling van ouderen en stapten over naar Unie 55+ of het AOV.
Veel kiezers waren christelijk. Op sociale kwesties was Unie 55+ vrij conservatief. Toch was de partij voorstander van euthanasie voor patiënten die dat wilden.
Standpunten
Unie 55+ richtte zich voornamelijk op ouderenbeleid, gezondheidszorg en migratie. De partij wilde dat er beter voor ouderen gezorgd was. Zo was de partij tegenstander van het stopzetten van het verhogen van de Algemene Ouderdomswet (AOW). Dat is een uitkering die alle ouderen krijgen. Hiervan leven zij nadat ze stopten met werken. Ook moest de gezondheidszorg meer op ouderen gericht zijn.
De partij wilde migratie inperken, meer doen aan (jeugd)criminaliteit en veiligheid. Ook pleitte de partij voor een gekozen burgemeester en een gekozen minister-president. De partij was tegenstander van de Europese eenwording.
Verkiezingsresultaten
Tweede Kamer
De partij deed in 1994 mee aan de Tweede Kamerverkiezingen als zelfstandige partij. In 1998 deed de partij samen met AOV onder één lijst mee.
Jaar | Lijsttrekker | % | Zetels | +/- |
---|---|---|---|---|
1994 | Bertus Leerkus | 0,87% | 1/150 |
+1 |
1998 | Henk Scheltens (samen met AOV) |
0,53% | 0/150 |
-1 |
Eerste Kamer
In de Eerste Kamer had Unie 55+ een lijstverbinding met het Algemeen Ouderen Verbond (AOV). Zij vormden één gezamenlijke fractie. In 1999 besloot Unie 55+ samen met de partij NEDERLAND-MOBIEL mee te doen, maar behaalde geen zetels.
Jaar | Lijsttrekker | Zetels | +/- |
---|---|---|---|
1995 | Martin Batenburg (AOV) | 2/75 |
+2 |
1999 | Ph.G. de Lange | 0/75 |
-2 |