Maarten Luther
Maarten Luther (Duits: Martin Luther) (Eisleben, Duitsland, 10 november 1483 – aldaar, 18 februari 1546), was een zeer belangrijke Duitse protestantse theoloog. Hij speelde een belangrijke rol in de Reformatie. Er is nu een stroming in de kerk gebaseerd op zijn ideeën, het Lutheranisme. Maarten is geboren als Maarten Luder en noemt zichzelf later Maarten Luther.
Maarten Luther de monnik verdiepte zich, tijdens zijn leven in het klooster, in de Bijbel. Hij heeft zelf de Bijbel naar het Duits vertaald omdat veel mensen de Latijnse taal niet begrijpen. Hij las dat Jezus wilde dat iedereen niet rijk leefde en veel aan de armen zou schenken. Luther vond het raar dat de paus juist heel rijk leefde, en vele anderen die bij de Kerk horen ook. En bij de verkoop van aflaten, wordt hij woedend.
Aflaten
De paus wilde de nieuwe Sint-Pieterbasiliek bouwen, maar hij had niet genoeg geld. Dus daarom bedacht hij een plan. Hij verzon een brief, waarin stond dat je fouten allemaal vergeven waren. Zo een brief heette een aflaat. Door zo een papier te kopen kon je niet in de hel komen maar ging je rechtstreeks naar de hemel. Pure omkoperij, vond Maarten. Hij ging er iets aan doen.
Protesteren
Maarten Luther was het niet eens met Katholieken. De vijf belangrijkste redenen zijn:
- Hij vindt dat er te veel beelden staan in de kerken die afleiden tijdens het bidden;
- Hij vindt dat de Latijnse taal te moeilijk is, omdat niet alle mensen begrijpen wat er gezegd wordt;
- Hij is tegen de “aflaten”, het afkopen van je zonden, want hij vindt dat niet eerlijk;
- Hij vindt dat de kerk te machtig is en dat edelen te weinig invloed hebben;
- De kerken zijn rijk maar zorgen niet voor de armen.
In totaal heeft Luther 95 stellingen over waarom hij het niet eens is met de Katholieke kerk opgeschreven.
Maarten Luther schreef zijn ideeën op, de 95 stellingen. Men vertelt gewoonlijk dat hij die stellingen aan de kerkdeur van de kerk in Eisleben hing. Hoewel dat niet letterlijk zo was, zorgde hij er wel voor dat de kerkleiders ervan hoorden. Dit is het feitelijke begin van de reformatie. Vrienden van Luther vertaalden zijn stellingen vanuit het Latijn naar het Duits en lieten ze drukken. Zo verspreidden ze zich als een vuurtje. Toen de paus ze las, werd hij heel boos. Hij stuurde Maarten een brief dat hij moest stoppen. Maarten luisterde niet en gooide de brief in het vuur.
Eigen kerk
Luther werd uit de Katholieke Kerk gezet. Maar dat vond hij niet erg. Hij begon zijn eigen kerk. Veel mensen, die vonden dat Luther gelijk had, sloten aan bij deze kerk. Omdat Luther protesteerde tegen dingen in de Katholieke Kerk, ging men die mensen protestanten noemen.
Maarten vertaalde de Bijbel van het Grieks naar het Duits, zodat vele anderen hem konden lezen. Johannes Calvijn vond dat Luther gelijk had dat hij een eigen kerk begon, maar was het ook niet helemaal eens met Luther. Uiteindelijk werden dit een andere soort protestanten.
Luther en Erasmus waren het eerst met elkaar eens dat er dingen moesten veranderen, maar Erasmus was het op veel vlakken ook niet eens met Luther: hij vond Luther veel te fel en was van plan om de Kerk van binnen te veranderen in de plaats van zelf een kerk te beginnen.
Zo werd Maarten Luther beroemd. Martin Luther King is zelfs naar hem vernoemd.
Antisemitisme
Luther was ook een fel antisemitist (Jodenhater). Dat was eerst niet zo, want Luther vond het logisch dat de joden zich niet bekeerden tot het christendom, omdat de katholieke Kerk heel veel problemen had. Later, toen zijn beweging zich afsplitste van de Kerk vond Luther echter dat de joden zich moesten bekeren, want er was een "juist geloof." Toen de joden dat niet deden schreef Luther een boek, getiteld Von den Jueden und iren Luegen (Over de Joden en hun leugens). Het boek bevat zeven acties die moesten worden uitgevoerd:
- De Joodse scholen en synagogen moeten worden verband.
- De huizen van de Joden moeten worden vernietigd.
- De Talmoed moet worden verboden.
- De rabbijnen mogen geen diensten meer houden.
- De Joden mogen niet vrij reizen.
- Al het geld, goud en sieraden van de Joden moet hun worden afgenomen.
- Joden mogen uitsluitend nog leren voor handwerksman.
Zoals je ziet zijn dit zeer vergaande maatregelen die Luther wilde doorvoeren. Overigens zijn ze nooit uitgevoerd.