Assyrië
Assyrië was van ongeveer 2600 voor Christus tot 600 voor Christus een machtig land in het Midden-Oosten. Assyrië lag in Mesopotamië, het gebied tussen de rivieren Tigris en Eufraat waar ook de landbouwrevolutie als eerste plaatsvond.
Vroege Geschiedenis
Assyrië is lange tijd een belangrijke stadstaat geweest. De stad van deze stadstaat heette Assoer, vernoemd naar de belangrijkste god van de Assyriërs. Assoer is ook waar de naam Assyrië vandaan komt. Assoer werd rond 2600 voor Christus gebouwd. De inwoners veroverden al gauw het omringende land en vormden een stadstaat. In deze tijd bestond Mesopotamië uit heel veel stadstaten die onderling veel oorlogen voerden, zoals Ur en Kish.
In de 24e eeuw voor Christus werd Assyrië veroverd door het Akkadische Rijk, en vervolgens werd het veroverd door het rijk van de stad Ur. Toen dit rijk van Ur viel wist Assyrië wat meer land te veroveren. Deze periode tussen 2000 en 1800 voor Christus, waarin Assyrië voor het eerst echt belangrijk was, wordt ook wel het Oud-Assyrische Rijk genoemd.
In 1800 stichtte koning Hammurabi het Babylonische Rijk en veroverde de Assyriërs. Dit rijk hield 200 jaar stand, waarna Assyrië werd ingenomen door het land Mitanni. Toen Assyrië rond 1300 voor Christus weer onafhankelijk werd van Mitanni, begon het Midden-Assyrische Rijk, een periode van 300 jaar waarin Assyrië een belangrijk land was in Mesopotamië.
Het Nieuw-Assyrische Rijk
Het Nieuw-Assyrische rijk begon met koning Adad-Nirari II, in 911 voor Christus, en eindigde pas met koning Ashur-Uballit II in 608 voor Christus, 300 jaar later. In die driehonderd jaar voerde Assyrië veel oorlogen, die het telkens won. Assyrië veroverde Babylonië, Mitanni, Israel, Egypte, delen van Turkije, en volken zoals de Arameeërs, Feniciërs, en Urarteërs. Zo vormde het een gigantisch rijk. Ook verhuisden de Assyriërs hun hoofdstad enkele keren, bijvoorbeeld naar Nineveh, een stad bekend uit het bijbelboek Jona.
Maar ook aan het Nieuw-Assyrische Rijk moest een einde komen. Dit begon al toen koning Sennacherib Babylonië innam en verwoestte. De boze Babyloniërs begonnen een opstand, die enkele jaren later hardhandig werd neergeslagen door zijn kleinzoon, Ashurbanipal. Na Ashurbanipal begon een burgeroorlog tussen drie broers. Volken zoals de Scythiërs maakten hiervan gebruik door de noordelijke provincies van Assyrië binnen te vallen. Ondertussen maakten de Babyloniërs een bondgenootschap met de Meden. Samen vielen zij Assyrië aan. Door al deze druk viel het rijk uit elkaar in 608 voor Christus. De Babyloniërs namen toen de macht over in Mesopotamië, en andere landen, zoals Egypte, kregen hun onafhankelijkheid terug.
Latere Geschiedenis
Assyrië is na het Neo-Assyrische Rijk nooit meer een machtige staat geweest. Het werd telkens veroverd door machtigere rijken, zoals de Babyloniërs, Perzen, Alexander de Grote, Seleuciden, Romeinen, Parthen, en Sassaniden. Assyrië was telkens slechts een provincie in deze rijken. Toen de regio veroverd door de islamitische Kaliefen was het zelfs geen provincie meer. In de 14e eeuw werd de stad Assoer verwoest door het leger van Timoer. De inwoners werden uitgemoord, en dat vormde het eind van de Assyriërs.
Cultuur
De taal van de Assyriërs is heel lang het Akkadisch geweest, alhoewel er later een soort tweetaligheid ontstond met het Soemerisch. In het Neo-Assyrische Rijk werden Arameïsche talen populairder.
De Assyriërs hadden een polytheïstische godsdienst, wat betekent dat ze meerdere goden hadden, net als de Grieken en Romeinen. Hun oppergod was Assoer, maar zij vereerden ook goden zoals Anu, de god van de hemel en lucht, en Ea, de god van ambacht en water.
Veel Assyrische kunst werd gemaakt in opdracht van de koning. Vaak beeldden ze oorlogen uit en hingen ze aan de muren van paleizen, zodat iedereen kon zien hoe machtig de koning was. Ook bijzonder is de vondst van een Assyrisch beeld wat waarschijnlijk bij een poort stond. Het heet een Shedu, met het lichaam van een paard, vijf poten, vleugels, en het hoofd van een mens. Hij was bedoeld om het kwaad te weren. Nu staan er enkele Shedu's in het British Museum in Londen.